Burgh-Haamstede

lijkenpikkers

3

Next Up

zeegras

2

 

Beide vrouwen op deze foto maken deel uit van een groep die zich lijkenpikkers noemt. Links boswachter Marijke Lieman en rechts de 80-jarige vrijwilligster Ine van der Ven.

Ze keren iedere maand terug naar het duingebied van Boswachterij Westerschouwen om insecten te verzamelen op kadavers.

Met een pincet worden deze opgepakt en in een plastic buisje gedaan, de larven worden met rust gelaten. De insecten worden door taxonomen gedetermineerd, zo wordt duidelijk welke er allemaal afkomen op de dode dieren.

ARK Rewilding Nederland zet zich in voor natuur die op eigen benen staat en weinig menselijk ingrijpen nodig heeft.

Vorig jaar startte ARK samen met onder meer Staatsbosbeheer en EIS Kenniscentrum Insecten het project 'Dood doet Leven'.

Over het waarom zegt de stichting: ‘In het project trekken diverse (natuur)organisaties samen op om dode dieren, klein én groot, weer een plek te geven in onze natuur.

Met die terugkeer kan een einde komen aan het magere bestaan dat de kadaverfauna in Nederland leidt. Bij gebrek aan grote kadavers zijn bijvoorbeeld rode wouw, zwarte wouw en raaf uit ons land vertrokken en vermoedelijk eerder ook al de monniksgier.

Dood doet Leven wil een lans breken voor het herstel van de kadavergemeenschap en daarmee dat van de grote aaseters.’

 

Aan kadavers geen gebrek in ons land. Wanneer een koe of een kalf sterft op een boerderij wordt het dode dier opgehaald door een destructiebedrijf.

Volgens cijfers die door de Rijksoverheid worden bijgehouden waren dat in 2020 alleen al meer dan 120.000 kalfjes. Vaak is de doodsoorzaak onbekend, voor de zekerheid houden we deze kalfjes dan ook buiten onze voedselketen.

Het damhert op de foto werd buiten de boswachterij door een auto aangereden en bewust uit het zicht van wandelaars neergelegd.

Marijke Lieman: ‘We hebben lang nagedacht over waar en hoe we dit gaan doen. Eigenlijk wil je het wel laten zien aan mensen, als een keuze: wil je het niet zien, loop dan rechtdoor; wil je het wel zien, ga dan rechtsaf. Maar vooralsnog hebben we ervoor gekozen om het in een niet voor publiek toegankelijk gebied te doen. Mensen vinden het toch vies en stinken.’

 

Dat de natuur haar eigen opruimploegen aan het werk zet vinden wij maar lastig onder ogen te zien. We ruimen het liefst alles op, waarbij we de circle of life negeren.

In sommige Aziatische landen zijn luchtbegrafenissen een eeuwenoud gebruik, waarbij lichamen van overleden mensen bovengronds worden blootgesteld aan de natuur.

 

 

Begraven in de natuur wordt weliswaar steeds populairder, maar zo’n luchtbegrafenis zie ik hier niet snel gebeuren.

Grote aaseters zoals deze hongerige buizerd zullen het met damherten moeten doen.