waddenzee

zeegras

2

Next Up

floristen

1

 

‘Vijftig – achtenveertig,’ roept de duiker vooraan in beeld. Meteen stopt hij het mondstuk van zijn snorkel terug in zijn mond en verdwijnt onder water. De man in het waadpak noteert getallen.

Even later komt de duikster verderop boven: ‘vierenveertig – tweeëntwintig’. Zij heeft een korte meetlat in haar hand. De snorkelaarster rechts leest aantekeningen op een speciale onderwater duikleisteen.

Groot zeegras was tot 1932 volop aanwezig in delen van de Waddenzee, er waren uitgestrekte velden. Maar de fatale combinatie van een wierziekte en het aanleggen van de Afsluitdijk zorgde ervoor dat die binnen een paar jaar waren verdwenen.

Dankzij een langjarig onderzoeksproject van Natuurmonumenten, Rijkswaterstaat en de Rijksuniversiteit Groningen is het gelukt om droogvallend zeegras terug te laten keren in de Waddenzee. De naam van dat type zeegras verwijst naar plekken die droogvallen, zoals rondom het eiland Griend.

Ze werden eerder deze zomer in de zanderige bodem uitgezet, op plekken die bij aankomst deze ochtend werden gemarkeerd met een pvc pijp. Onderzocht wordt of het verschil maakt onder welke lichtomstandigheden de planten zijn gekweekt.

Data die worden genoteerd zijn onder meer nummers van de aanplant, de bladlengte in centimeters, het aantal scheuten en het al dan niet blootspoelen van de wortelstokken.

Deze zomer begon een vervolgexperiment, opgezet door Katrin Rehlmeyer van de Rijksuniversiteit Groningen. Gekeken wordt of ook ondergedoken groot zeegras kan worden teruggebracht, een type dat groeit op plekken die niet droogvallen.

Het Waddenzeewater op deze plekken is vertroebeld, waardoor het voor de fotosynthese benodigde zonlicht matig beschikbaar is. De onderzoekers hebben plantjes in speciale klimaatkamers onder verschillende lichtomstandigheden opgekweekt.

Tot 1926 was Wieringen nog een eiland en zeegras vormde er van oudsher een bron van inkomsten. Van half juni tot augustus werd er bij laag water gemaaid. Niet op drooggevallen delen, nee het zeegras werd met de zeis ónder water gemaaid.

De oogst werd met behulp van een soort harken in netten verzameld. Die werden aan boord gehesen, waarna het gras aan land werd gebracht om te drogen.

Zwaar moordenaarswerk, volgens de overlevering. Het gedroogde gras werd verhandeld en gebruikt als vulling voor matrassen, maar ook om dijken te versterken.

De teloorgang van die handel is niet de reden voor het terugplanten. Het verdwijnen van zeegras was behalve rampzalig voor gezinnen die ervan leefden vooral ook een ecologische ramp.

Katrin Rehlmeyer: ‘Zeegras staat aan de basis van een gezond ecosysteem. Zeegrasvelden zijn een voedselbron voor bijzondere soorten, ze dienen als kraamkamer en schuilplek voor vissen, en als foerageergebied voor vogels. Daarom proberen we de Waddenzee weer rijker te maken.’

 

 

Vroeger meenden we dat het zeegras er was om ons te verrijken. Nu zien we in dat zeegras er is om het ecosysteem te verrijken. Dat is toch een ander verhaal.